Gisterochtend was ik met de auto onderweg naar een overleg met een collega. Een van de weinige zakelijke live-afspraken die ik heb sinds ik vooral thuis werk..
Op de radio hoorde ik het nummer ‘Soldier on’ van Direct. Dit nummer staat voor mij symbool voor de beginperiode van de coronacrisis. Een tijd waarin ik dacht: Wat overkomt ons? Wat gaat dit allemaal met ons doen? Hoe lang gaat dit duren? Er was vooral onduidelijkheid en onzekerheid.
Nu -5 maanden verder- is er nog steeds heel veel onduidelijk en onzeker. Het virus is nog steeds over de hele wereld actief. Al is het op de ene plek heftiger dan op de andere, maar weg is het virus zeker niet.
Tijdens mijn ritje kwam er een vraag in me op: “Gaat dit virus mijn leven blijvend veranderen?”. Ik besef me dat ik samen met mijn gezin en familie niet mag klagen en dat doen we dan ook niet. Het virus treft ons natuurlijk ook, maar er zijn geen naasten ziek geworden of erger. We hebben nog steeds onze banen en de studies van de kinderen kunnen ook online tot nadere order gevolgd worden. Maar toch…
Ik mis de nabijheid van sommige mensen. Niet dat ik iedereen altijd om de nek vlieg of al kussend door het leven ga. Maar er zijn wel mensen waarbij ik de afstand lastig vind. Zeker nu we nog steeds niet weten hoe lang dit allemaal gaat duren. Ik mis de knuffel en kus van mijn oudste dochter die niet meer thuis woont, mijn ouders die ik graag omarm, een collega die herstellende is van een ziekte en die ik graag wat persoonlijke warmte zou willen geven door middel van een fijne knuffel. Het kan allemaal niet op dit moment. Ik ervaar het als een verarming en vraag me af: “Kunnen we straks weer terug naar nabijheid?”. Het raakte me ineens, zo onderweg luisterend naar dat nummer….